Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. huisvuil:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor huisvuil in het Nederlands

huisvuil:

huisvuil [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het huisvuil
    de vuilnis; het huisvuil; het voddengoed; het afval; het vullis; de rommel; de huisafval; het grofvuil; de drek
    • vuilnis [de ~ (v)] zelfstandig naamwoord
    • huisvuil [het ~] zelfstandig naamwoord
    • voddengoed [het ~] zelfstandig naamwoord
    • afval [het ~] zelfstandig naamwoord
    • vullis [het ~] zelfstandig naamwoord
    • rommel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • huisafval [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • grofvuil [het ~] zelfstandig naamwoord
    • drek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord