Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. schilders:
  2. schilder:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor schilders in het Nederlands

schilders:

schilders [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de schilders
    de schilders; de ververs; de huisschilders

Verwante woorden van "schilders":


schilders vorm van schilder:

schilder [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de schilder
    de schilder; de verver; huisschilderes; de huisschilder

Verwante woorden van "schilder":