Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor snoertje in het Nederlands

snoertje:

snoertje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het snoertje
    de elektriciteitsdraad; het snoer; het snoertje

Verwante woorden van "snoertje":


snoertje vorm van snoer:

snoer [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het snoer
    de elektriciteitsdraad; het snoer; het snoertje
  2. het snoer
    de keten; de ketting; de aaneenschakeling; het snoer

Verwante woorden van "snoer":