Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Nederlands ->Vertaal spatel

Synoniemen voor "spatel" in het Nederlands

Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. spatel:
  2. spatelen:

Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor spatel in het Nederlands

spatel:

spatel [de ~] zelfstandig naamwoord

  1. de spatel
    de spatel
    • spatel [de ~] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "spatel":

  • spatels, spateltje, spateltjes

spatelen:

spatelen werkwoord (spatel, spatelt, spatelde, spatelden, gespateld)

  1. spatelen
    spatelen
    • spatelen werkwoord (spatel, spatelt, spatelde, spatelden, gespateld)

Conjugations for spatelen:

o.t.t.
  1. spatel
  2. spatelt
  3. spatelt
  4. spatelen
  5. spatelen
  6. spatelen
o.v.t.
  1. spatelde
  2. spatelde
  3. spatelde
  4. spatelden
  5. spatelden
  6. spatelden
v.t.t.
  1. heb gespateld
  2. hebt gespateld
  3. heeft gespateld
  4. hebben gespateld
  5. hebben gespateld
  6. hebben gespateld
v.v.t.
  1. had gespateld
  2. had gespateld
  3. had gespateld
  4. hadden gespateld
  5. hadden gespateld
  6. hadden gespateld
o.t.t.t.
  1. zal spatelen
  2. zult spatelen
  3. zal spatelen
  4. zullen spatelen
  5. zullen spatelen
  6. zullen spatelen
o.v.t.t.
  1. zou spatelen
  2. zou spatelen
  3. zou spatelen
  4. zouden spatelen
  5. zouden spatelen
  6. zouden spatelen
en verder
  1. ben gespateld
  2. bent gespateld
  3. is gespateld
  4. zijn gespateld
  5. zijn gespateld
  6. zijn gespateld
diversen
  1. spatel!
  2. spatelt!
  5. gespateld
  6. spatelend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze







Uw gratis, snelle en simpele vertaal woordenboek

Copyright © 2000-2024 Interglot ®

Pagina gepresenteerd in 0.0404 seconde
Page rendered in 1.0 seconds