Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. stamgasten:
  2. stamgast:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor stamgasten in het Nederlands

stamgasten:

stamgasten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de stamgasten
    de stamgasten; vaste bezoekers

Verwante woorden van "stamgasten":


stamgast:

stamgast [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de stamgast
    de habitué; vaste klant; de gast; de stamgast
    • habitué [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • vaste klant [znw.] zelfstandig naamwoord
    • gast [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • stamgast [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "stamgast":