Nederlands
Uitgebreide vertaling voor bouwheer (Nederlands) in het Zweeds
bouwheer:
-
de bouwheer
Vertaal Matrix voor bouwheer:
Zelfstandig Naamwoord | Verwante vertalingen | Andere vertalingen |
grundläggare | bouwheer | grondlegger; grondvester; oprichter; oprichtster; stamvader; stichter |