Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. bridgen:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor bridgen (Nederlands) in het Zweeds

bridgen:

bridgen werkwoord (bridge, bridget, bridgede, bridgden, gebridgd)

  1. bridgen
    spela bridge
    • spela bridge werkwoord (spelar bridge, spelade bridge, spelat bridge)

Conjugations for bridgen:

o.t.t.
  1. bridge
  2. bridget
  3. bridget
  4. bridgen
  5. bridgen
  6. bridgen
o.v.t.
  1. bridgde
  2. bridgde
  3. bridgede
  4. bridgden
  5. bridgden
  6. bridgden
v.t.t.
  1. heb gebridgd
  2. hebt gebridgd
  3. heeft gebridgd
  4. hebben gebridgd
  5. hebben gebridgd
  6. hebben gebridgd
v.v.t.
  1. had gebridgd
  2. had gebridgd
  3. had gebridgd
  4. hadden gebridgd
  5. hadden gebridgd
  6. hadden gebridgd
o.t.t.t.
  1. zal bridgen
  2. zult bridgen
  3. zal bridgen
  4. zullen bridgen
  5. zullen bridgen
  6. zullen bridgen
o.v.t.t.
  1. zou bridgen
  2. zou bridgen
  3. zou bridgen
  4. zouden bridgen
  5. zouden bridgen
  6. zouden bridgen
diversen
  1. bridge!
  2. gebridgd
  3. bridgend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

Vertaal Matrix voor bridgen:

WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
spela bridge bridgen