Home ->Woordenboeken ->Nederlands/Zweeds ->Vertaal conciërges

Vertaal conciërges van Nederlands naar Zweeds

Overzicht

Nederlands naar Zweeds: Meer gegevens...

conciërges:
- följe; uppvaktning; vaktmästare; uppsyningsmän
conciërge:
- vaktmästare; fastighetsskötare; uppsyningsman
Wiktionary:
- conciërge → vaktmästare
- conciërge → klockare

Nederlands

Uitgebreide vertaling voor conciërges (Nederlands) in het Zweeds

conciërges:

conciërges [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

de conciërges (huismeesters)
följe; uppvaktning
- följe [-ett] zelfstandig naamwoord
- uppvaktning [-en] zelfstandig naamwoord
de conciërges (schoolbewaarders)
vaktmästare; uppsyningsmän
- vaktmästare [-en] zelfstandig naamwoord
- uppsyningsmän zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor conciërges:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
följe	conciërges; huismeesters	escorte; geleide; optocht; stoet; suite; volgstoet
uppsyningsmän	conciërges; schoolbewaarders	huismeeesters
uppvaktning	conciërges; huismeesters
vaktmästare	conciërges; schoolbewaarders	bewaker; cipier; conciërge; gevangenbewaarder; huisbewaarder; huismeeesters; huismeester; oppasser; ordebewaarder; portier; schoolbewaarder; suppoost; wacht

Verwante woorden van "conciërges":

conciërge

conciërges vorm van conciërge:

conciërge [de ~] zelfstandig naamwoord

de conciërge (portier)
vaktmästare; fastighetsskötare
- vaktmästare [-en] zelfstandig naamwoord
- fastighetsskötare zelfstandig naamwoord
de conciërge (schoolbewaarder)
vaktmästare; fastighetsskötare; uppsyningsman
- vaktmästare [-en] zelfstandig naamwoord
- fastighetsskötare zelfstandig naamwoord
- uppsyningsman zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor conciërge:

Zelfstandig Naamwoord	Verwante vertalingen	Andere vertalingen
fastighetsskötare	conciërge; portier; schoolbewaarder	huismeeesters
uppsyningsman	conciërge; schoolbewaarder	dierverzorger; verzorger
vaktmästare	conciërge; portier; schoolbewaarder	bewaker; cipier; conciërges; gevangenbewaarder; huisbewaarder; huismeeesters; huismeester; oppasser; ordebewaarder; portier; schoolbewaarders; suppoost; wacht

Verwante woorden van "conciërge":

conciërges

Wiktionary: conciërge

conciërge

noun

een huisbewaarder, een toezichter in een gebouw
- conciërge → vaktmästare

Cross Translation:

From	To	Via
• conciërge	→ klockare	↔ bedeau — employé laïc d’église, préposé au service matériel et à l’ordre, qui a pour insigne une verge ou canne et pour fonction principale de marcher devant les ecclésiastiques, devant les quêteurs, etc., et de leur faire ouvrir passage.