Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. handbogen:
  2. handboog:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor handbogen (Nederlands) in het Zweeds

handbogen:

handbogen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de handbogen
    handbågar

Vertaal Matrix voor handbogen:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
handbågar handbogen

Verwante woorden van "handbogen":


handbogen vorm van handboog:

handboog [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de handboog (boog)
    båge; bågskytte; armborst

Vertaal Matrix voor handboog:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
armborst boog; handboog
båge boog; handboog boog; booggewelf; gewelf; uitbouw; vioolstok; welving
bågskytte boog; handboog

Verwante woorden van "handboog":