Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. toetje:
  2. toet:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor toetje (Nederlands) in het Zweeds

toetje:

toetje [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het toetje (nagerecht; dessert; toespijs)
    efterrätt; dessert

Vertaal Matrix voor toetje:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dessert dessert; nagerecht; toespijs; toetje liflafje
efterrätt dessert; nagerecht; toespijs; toetje

Verwante woorden van "toetje":


Wiktionary: toetje

toetje
noun
  1. het gerecht waarmee een maaltijd wordt afsluiten. dimt

Cross Translation:
FromToVia
toetje efterrätt dessert — sweet confection served as the last course of a meal
toetje efterrätt; dessert Nachtisch — der letzte Gang einer ausgedehnten Mahlzeit, der nach der Hauptspeise serviert wird
toetje efterrätt; dessert dessert — (cuisine) mets généralement sucré servi à la fin d’un repas.

toetje vorm van toet:

toet [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord

  1. de toet
    bulle; hårknut
    • bulle [-en] zelfstandig naamwoord
    • hårknut [-en] zelfstandig naamwoord

toet

  1. toet (toeterend geluid)

Vertaal Matrix voor toet:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
bulle toet
hårknut toet haarknot; kluwen; knoedel; knoedeltje; knoet; knot; knotje; knotje haar; pluk haar; vlecht; wrong
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tuta alcohol gebruiken; claxonneren; drinken; toeteren
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
tuta toet; toeterend geluid
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
tuta bliep

Verwante woorden van "toet":


Wiktionary: toet


Cross Translation:
FromToVia
toet anlete; ansikte; min visage — Face humaine

Verwante vertalingen van toetje