Overzicht
Nederlands naar Zweeds:   Meer gegevens...
  1. zwelger:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zwelger (Nederlands) in het Zweeds

zwelger:

zwelger [znw.] zelfstandig naamwoord

  1. zwelger (boemelaar; slemper)
    festare; rumlare; hålligångare
  2. zwelger (brasser)
    vräkande

Vertaal Matrix voor zwelger:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
festare boemelaar; slemper; zwelger
hålligångare boemelaar; slemper; zwelger lolbroeken; slempers
rumlare boemelaar; slemper; zwelger bacchanaal; drinkgelag; drinkpartij; lolbroeken; opsnijder; slempers
vräkande brasser; zwelger