Engels

Uitgebreide vertaling voor nuts (Engels) in het Nederlands

nuts:

nuts [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the nuts (testicles; balls)
    de testikels; de kloten; de ballen
    • testikels [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • kloten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.
    • ballen [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

nuts bijvoeglijk naamwoord

  1. nuts (loony; potty; crazy; )
    mesjogge; krankjorum; getikt; kierewiet; maf; geschift; knots; hoorndol; mal
  2. nuts (bonkers; potty; stark staring mad; )
    geschift; krankjorum; knettergek; kierewiet; knots; niet goed snik; hoorndol; getikt
  3. nuts (bonkered; potty; cracked; round the bend; crackers)
    tureluurs

Vertaal Matrix voor nuts:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ballen balls; nuts; testicles balls; globes; spheres
kloten balls; nuts; testicles
knots bludgeon; indian club; life-preserver; spadix
mal die; hand-out; matrix; model; mold; mould; shape; stencil; template
testikels balls; nuts; testicles
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
ballen play ball
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
geschift bonkers; cracked; crackers; crazy; foolish; loony; nuts; potty; round the bend; silly; stark mad; stark raving mad; stark staring mad; stupid crazy; daft; foolish; funny; idiotic; insane; mad; odd; ridiculous; silly; stupid
getikt bonkers; cracked; crackers; crazy; foolish; loony; nuts; potty; round the bend; silly; stark mad; stark raving mad; stark staring mad; stupid
hoorndol bonkers; cracked; crackers; crazy; foolish; loony; nuts; potty; round the bend; silly; stark mad; stark raving mad; stark staring mad; stupid
kierewiet bonkers; cracked; crackers; crazy; foolish; loony; nuts; potty; round the bend; silly; stark mad; stark raving mad; stark staring mad; stupid
knettergek bonkers; cracked; crackers; crazy; loony; nuts; potty; round the bend; stark raving mad; stark staring mad
knots bonkers; cracked; crackers; crazy; foolish; loony; nuts; potty; round the bend; silly; stark mad; stark raving mad; stark staring mad; stupid
krankjorum bonkers; cracked; crackers; crazy; foolish; loony; nuts; potty; round the bend; silly; stark mad; stark raving mad; stark staring mad; stupid crazy; daft; foolish; funny; idiotic; insane; mad; odd; ridiculous; silly; stupid
maf crazy; foolish; loony; nuts; potty; silly; stark mad; stark raving mad; stark staring mad; stupid crazy; daft; foolish; funny; idiot; idiotic; insane; mad; mixed up; muzzy; odd; potty; ridiculous; silly; stupid; weird
mal crazy; foolish; loony; nuts; potty; silly; stark mad; stark raving mad; stark staring mad; stupid crazy; daft; foolish; funny; idiotic; insane; mad; mixed up; muzzy; odd; ridiculous; silly; stupid; weird
tureluurs bonkered; cracked; crackers; nuts; potty; round the bend
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
- cracked
BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
mesjogge crazy; foolish; loony; nuts; potty; silly; stark mad; stark raving mad; stark staring mad; stupid crazy; daft; foolish; funny; idiotic; insane; mad; odd; ridiculous; silly; stupid
niet goed snik bonkers; cracked; crackers; crazy; loony; nuts; potty; round the bend; stark raving mad; stark staring mad crazy; daft; foolish; funny; idiotic; insane; mad; odd; ridiculous; silly; stupid

Verwante woorden van "nuts":


Synoniemen voor "nuts":


Wiktionary: nuts

nuts
adjective
  1. lijdend aan een ernstige psychische ziekte

nut:

nut [the ~] zelfstandig naamwoord

  1. the nut (madman; mentally disturbed person; lunatic; )
    de dolleman; de krankzinnige; de gek; de waanzinnige; de geesteszieke
  2. the nut (disturbed person)
    de mafketel; gestoorde; de gek
    • mafketel [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
    • gestoorde [znw.] zelfstandig naamwoord
    • gek [de ~ (m)] zelfstandig naamwoord
  3. the nut (crazy person)
    gek iemand
  4. the nut

Vertaal Matrix voor nut:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
dolleman idiot; imbecile; loony; lunatic; madcap; madman; madwoman; maniac; mental patient; mentally disturbed person; mentally ill person; nut
geesteszieke idiot; imbecile; loony; lunatic; madcap; madman; madwoman; maniac; mental patient; mentally disturbed person; mentally ill person; nut
gek disturbed person; idiot; imbecile; loony; lunatic; madcap; madman; madwoman; maniac; mental patient; mentally disturbed person; mentally ill person; nut ass; buffoon; character; clown; coxcomb; daft; dandy; drip; dud; figure; fool; fop; idiot; imbecile; jack pudding; jackanapes; jerk; loony; lunatic; mad; madcap; madman; mentally disabled; merry Andrew; nutcase; prig; rattle-brain
gek iemand crazy person; nut
gestoorde disturbed person; nut
krankzinnige idiot; imbecile; loony; lunatic; madcap; madman; madwoman; maniac; mental patient; mentally disturbed person; mentally ill person; nut
mafketel disturbed person; nut character; drip; dud; figure; idiot; jerk; madcap; madman
waanzinnige idiot; imbecile; loony; lunatic; madcap; madman; madwoman; maniac; mental patient; mentally disturbed person; mentally ill person; nut ass; buffoon; character; clown; daft; drip; dud; figure; fool; idiot; jerk; loony; lunatic; mad; madcap; madman; mentally disabled; nutcase; rattle-brain
- addict; ball; ballock; bollock; crackpot; crank; egg; en; freak; fruitcake; junkie; junky; nut case; orchis; screwball; testicle; testis
Bijvoeglijk NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
gek crazy; daft; foolish; funny; idiot; idiotic; insane; lunatic; mad; mentally disturbed; mentally ill; mixed up; muzzy; odd; potty; ridiculous; silly; stupid; weird
OverVerwante vertalingenAndere vertalingen
schaalvrucht nut
- nut fruit

Verwante woorden van "nut":


Synoniemen voor "nut":


Verwante definities voor "nut":

  1. a small (usually square or hexagonal) metal block with internal screw thread to be fitted onto a bolt1
  2. one of the two male reproductive glands that produce spermatozoa and secrete androgens1
  3. someone who is so ardently devoted to something that it resembles an addiction1
    • a car nut1
  4. a whimsically eccentric person1
  5. usually large hard-shelled seed1
  6. half the width of an em1
  7. gather nuts1

Wiktionary: nut

nut
noun
  1. slang: testicle
  2. slang: the head
  3. slang: insane person
  4. that fits on a bolt
  5. hard-shelled fruit
nut
noun
  1. 1
  2. (plantkunde) een harde boomvrucht

Cross Translation:
FromToVia
nut teelbal; zaadbal; testikel HodenAnatomie: männliche Keimdrüse
nut moer Mutterkurz für: Schraubenmutter, welche das Gegenstück zu der Schraube bildet
nut noot Nussumgangssprachlich: essbarer Same mit harter Schale
nut bout en moer boulon — (vieilli) cheville avec tête ronde, bout percé et clavette, pour arrêter une poutre.
nut moer; schroefmoer; moerschroef écrou — Pièce d’assemblage mécanique