Overzicht
Nederlands naar Frans:   Meer gegevens...
  1. zeemleren:
  2. zeemleer:
  3. Wiktionary:


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor zeemleren (Nederlands) in het Frans

zeemleren:

zeemleren bijvoeglijk naamwoord

  1. zeemleren (zemen)
    en chamois

Vertaal Matrix voor zeemleren:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
en chamois zeemleren; zemen

Verwante woorden van "zeemleren":


zeemleren vorm van zeemleer:

zeemleer [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het zeemleer
    la peau de chamois

Vertaal Matrix voor zeemleer:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
peau de chamois zeemleer zeemlap; zeemleder

Verwante woorden van "zeemleer":


Wiktionary: zeemleer

zeemleer
noun
  1. Étoffe très absorbante en peau de chamois, ou plus souvent en peau de chèvre ou de mouton, ou en matériaux synthétiques, utilisée pour nettoyer ou lustrer les surfaces lisses.