Overzicht
Nederlands Synoniemen:   Meer gegevens...
  1. spanten:
  2. spant:


Nederlands

Uitgebreide synoniemen voor spanten in het Nederlands

spanten:

spanten [de ~] zelfstandig naamwoord, mv.

  1. de spanten
    dakspanten; de spanten; dakbinten

Verwante woorden van "spanten":


spanten vorm van spant:

spant [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het spant
    het spant; dakspant
    • spant [het ~] zelfstandig naamwoord
    • dakspant [znw.] zelfstandig naamwoord

Verwante woorden van "spant":