Overzicht


Nederlands

Uitgebreide vertaling voor strijdend (Nederlands) in het Spaans

strijdend:

strijdend bijvoeglijk naamwoord

  1. strijdend
    en pugna

Vertaal Matrix voor strijdend:

BijwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
en pugna strijdend

strijdend vorm van strijden:

strijden werkwoord (strijd, strijdt, streed, streden, gestreden)

  1. strijden (matten; vechten; knokken)
    batirse; pelear
  2. strijden (strijd voeren; vechten; kampen)
    combatir; librar una batalla; luchar; pelear

Conjugations for strijden:

o.t.t.
  1. strijd
  2. strijdt
  3. strijdt
  4. strijden
  5. strijden
  6. strijden
o.v.t.
  1. streed
  2. streed
  3. streed
  4. streden
  5. streden
  6. streden
v.t.t.
  1. heb gestreden
  2. hebt gestreden
  3. heeft gestreden
  4. hebben gestreden
  5. hebben gestreden
  6. hebben gestreden
v.v.t.
  1. had gestreden
  2. had gestreden
  3. had gestreden
  4. hadden gestreden
  5. hadden gestreden
  6. hadden gestreden
o.t.t.t.
  1. zal strijden
  2. zult strijden
  3. zal strijden
  4. zullen strijden
  5. zullen strijden
  6. zullen strijden
o.v.t.t.
  1. zou strijden
  2. zou strijden
  3. zou strijden
  4. zouden strijden
  5. zouden strijden
  6. zouden strijden
en verder
  1. ben gestreden
  2. bent gestreden
  3. is gestreden
  4. zijn gestreden
  5. zijn gestreden
  6. zijn gestreden
diversen
  1. strijd!
  2. strijdt!
  3. gestreden
  4. strijdend
1. ik, 2. je/jij, 3. hij/zij/het, 4. we. 5. jullie, 6. zij/ze

strijden [het ~] zelfstandig naamwoord

  1. het strijden (knokpartij; gevecht; matpartij; )
    la pelea; la batalla; el combate; la pelea a puñetazos; la agarrada; el campamento
  2. het strijden (vechten)
    el competir; el luchar
    • competir [el ~] zelfstandig naamwoord
    • luchar [el ~] zelfstandig naamwoord

Vertaal Matrix voor strijden:

Zelfstandig NaamwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
agarrada gevecht; handgemeen; kloppartij; knokpartij; matpartij; strijden; vechtpartij gevecht; kamp; strijd; worsteling
batalla gevecht; handgemeen; kloppartij; knokpartij; matpartij; strijden; vechtpartij besluiteloosheid; gevecht; kamp; klap; klop; lel; mep; oorlog; slag; strijd; tik; toegebrachte klap; tweestrijd; twijfel; veldslag; weifeling; worsteling
campamento gevecht; handgemeen; kloppartij; knokpartij; matpartij; strijden; vechtpartij bouwterrein; gebied; kamp; kampement; kavel; legering; legerkamp; legerplaats; perceel; tentenkamp; terrein
combate gevecht; handgemeen; kloppartij; knokpartij; matpartij; strijden; vechtpartij concours; dreun; gevecht; jens; kamp; klap; knal; lel; mep; oorlog; partij; pot; slag; strijd; tik; toegebrachte klap; veldslag; wedstrijd; worsteling
competir strijden; vechten
luchar strijden; vechten
pelea gevecht; handgemeen; kloppartij; knokpartij; matpartij; strijden; vechtpartij botsing; conflict; handgemeen; onenigheid; ruzie; schermutseling; slag; strijd; twist; vechtpartij; veldslag
pelea a puñetazos gevecht; handgemeen; kloppartij; knokpartij; matpartij; strijden; vechtpartij
WerkwoordVerwante vertalingenAndere vertalingen
batirse knokken; matten; strijden; vechten bakkeleien; bekampen; bestrijden; bevechten; duelleren; kampen; knokken; matten; vechten
combatir kampen; strijd voeren; strijden; vechten bakkeleien; bekampen; bestrijden; bevechten; duelleren; een strijd houden; kampen; kleunen; knokken; matten; vechten
competir beconcurreren; concurreren; wedijveren
librar una batalla kampen; strijd voeren; strijden; vechten
luchar kampen; strijd voeren; strijden; vechten bakkeleien; bekampen; bestrijden; bevechten; duelleren; een strijd houden; kampen; kleunen; knokken; matten; met iemand worstelen; vechten; worstelen
pelear kampen; knokken; matten; strijd voeren; strijden; vechten bakkeleien; bekampen; bestrijden; bevechten; duelleren; een strijd houden; kampen; kiften; kijven; knokken; krakelen; matten; met iemand worstelen; ruzie maken; ruziën; twisten; vechten; worstelen
- vechten

Verwante woorden van "strijden":


Synoniemen voor "strijden":


Verwante definities voor "strijden":

  1. elkaar aanpakken met vuisten, wapens, of andere middelen1
    • deze twee bevolkingsgroepen strijden al jaren tegen elkaar1

Wiktionary: strijden

strijden
verb
  1. ondanks weerstand een doel proberen te bereiken

Cross Translation:
FromToVia
strijden batallar; luchar battle — (intransitive) to join in battle; to contend in fight
strijden pelear; luchar fight — to contend in physical conflict
strijden batallar; combatir bataillerlivrer de petits combats.
strijden combatir; batallar; luchar; pelear combattreattaquer son ennemi, ou en soutenir l’attaque.
strijden guerrear guerroyerpasser son temps à faire des opérations de guerre plus nombreux que méthodiques et sans grande envergure.
strijden luchar; batallar; combatir; pelear lutter — Traductions à trier